Moldavië 2017

door Chris
reisbestemming Moldavië

One life, live it!

Chris: Een kilometer of 20 ten oosten van het Roemeense Baia de Aramă zagen we mooie overnachtingsmogelijkheden en we rijden terug. We nemen een pad dat achter een bos langs loopt, bingo, prachtplek!

De zon verdwijnt echter weer veel te snel achter de bomen, en we pakken onze warmhoudplaatjes/stoovjes.

1 oktober
’s Ochtends rijdt er een terreinwagen voorbij, met de slogan “one life, live it!” erop en ze toeteren vrolijk naar ons! Het vroor weer lichtjes vannacht. Voor de derde keer rijden we het stuk naar Baia de Aramă en dan krult de goede asfaltweg de bergen in.

Over een goede en brede gravelweg rijden we langs de Cerna rivier naar het noordoosten, na een half uurtje hebben we 13,6 km afgelegd en parkeren we bij de Cheile Corcoaiei, alweer een kloof met gekke vormen door erosie. Het is vlak na het gehucht Cerna Sat en vlak voor Pension Perla. Via een bruggetje lopen we naar het natuurverschijnsel.

De weg naar Băile Herculane zit vol gaten en hobbels, maar het uitzicht is mooi.

Leuke warme badjes

Vlak voor dit stadje zien we eindelijk een restaurant, we kunnen niet binnen zitten en de grill moet nog worden opgestookt. We zitten met onze dikke winterjassen op het terras en zien steeds mensen in badjassen iets komen kopen. Er zijn hier dus warme badjes in de buurt en na het matige eten gaan we ze zoeken. Er staan allemaal caravans en auto’s aan de wegkant en er zijn veel meer restaurantjes. En leuke warme badjes:

Al doet het soms wat sneu en zielig aan, vooral de dame die een kwaal aan haar vagina heeft en wijdbeens in een holte van de rots zit te weken. Wij besluiten gewoon lekker vies te blijven en rijden verder het stadje in, dat een mengeling is van vergane glorie, gloednieuwe hotels, kurende mensen en bijbehorende koopstalletjes.

We volgen de E70 naar het noorden en slaan af richting dorp Mehadica. Al gauw vinden we een plek waar de zon nog uren gaat schijnen, bij een beekje. Het enige nadeel is dat we slechts op 50 meter afstand van de doorgaande weg tussen wat dorpjes, staan. Dus regelmatig verkeer, maar niemand lijkt er iets van te vinden.

We leggen badwaterflessen op het dashboard en om 16.30 hebben we lauw water voor een “douche” achter het busje. Als het buiten te koud wordt, gaan we voorin het busje verder met lezen.

2 oktober
Een koud ochtendritueel. Op de drukke E70 krijgen we de appjes van gisteren binnen: Max nummer 1 in Maleisië!

Duitse dorpen

We slaan rechtsaf naar de Duitse dorpen Brebu Nou (Wiesenthal) en Gărâna (Wolfsberg), waar we 27 juli 2005 prachtig hebben gestaan!

We herkennen wel het schiereilandje in het Tre Ape meer, hier is nu een campinkje, maar die is gesloten. Ons plekje verderop is verwoest door een tractorpad dwars door het toen zo lieflijke beekje. Er zijn hier nu nog wel mooie plekken te vinden, alleen niet nu, veel te koud op 850 meter hoogte.

We rijden de bochtige weg weer terug en eten in Caransebeş zeer matig. En dan rijden we weer ergens een klein weggetje in op zoek naar een zonnige plek.

Overnachten op een bloemenveldje

Al gauw een moeilijk pad met hobbels en natte plekken, dat leidt naar een stil bloemenveldje, met paarse en witte bloemen, in het bos.

Tegen de avond ga ik aquajoggen, het is tenslotte bijna dinsdagavond! Tenminste zo noemt Ton het! Letterlijk betekent dit natuurlijk “water-lopen”. Ik heb nl. een zeer heldere bospoel gevonden en ons badwater is bijna op, we hebben vandaag nergens een bergkraantje o.i.d. gevonden. Met een boodschappentas vol lege flessen ga ik op pad. Het is wel een poel die ook door dieren wordt gebruikt, dus absoluut niet drinken dat spul! We hebben altijd een systeem, waarbij we drink- en badwater gescheiden opbergen.
’s Avonds horen we wat herders fluiten, maar we zien hier helemaal niemand!

3 oktober
We brengen ook de hele ochtend lezend in de zon door. Rond het middaguur vertrekken we maar eens, op het moeilijke pad verliezen we nog bijna de nummerplaat van de fietsendrager.
In Hateg parkeren we op het centrale plein. In restaurant “Rustique”, wachten we op bediening, na een half uur (gratis) wifi, gaan we maar weg…

Pompeus restaurant

Vlak bij het plein zien we een hotel restaurant, wat we op de heenweg over het hoofd hebben gezien. De pompeus opgeleukte ruimte doet weelderig aan en het eten is daar ook naar, en de prijs ook.

Maar eindelijk weer eens een stuk zalm (met dilleyoghurtsaus, heerlijk!) gegeten, Ton had porc tenderloin. Totaal trouwens nog geen 25 euro incl. fooi, dus echt duur is het hier nooit.
We slaan ten zuiden van Hunedoara af naar het westen, naar Lacul Teliuc, een stuwmeer, waar enkele campinkjes aan zouden liggen. De eerst zou bij Hotel Bellevue moeten liggen, supersteil toegangsweggetje, geen camping aangetroffen.

Dan enkele toeristische complexen, met zwembaden en parkjes in aanbouw, en dan camping “Ledo”, maar die is al gesloten, seizoen voorbij.

Herder Marin

Vijf kilometer verderop gaan we over een brug meteen rechts en daar vinden we een mooi kampeerveldje aan de beek, waar de zon nog wel even zal schijnen. We “zwemmen” zelfs nog even in de ijskoude beek.

Herder Marin komt nog even buurten terwijl zijn 50 geiten alle brandnetels rondom on busje kaalvreten. Bij het afscheid krijg ik zelfs een handkusje van hem.

’s Avonds lezen we in het busje want de stoovjes zijn leeg, maar voorin het busje blijft het vaak lang warm.

4 oktober
Om 8.40 vertrekken we al, want we willen zo’n 170 km rijden, naar een camping, die aan de voet van de ijsgrot Scărişoara ligt. We rijden langs een mooi kasteel in Hunedoara, maar hebben geen zin om het te bezoeken.

We doen hier leuk boodschappen in een minimarket en alles wat we wensen is er! Ondertussen ontdekt dat zwarte thee in heel Roemenië niet te krijgen is, alleen vruchtenthee, dus daar vragen we al niet meer naar.

Via Deva, Brad, Abrud naar Campeni, alwaar een prima chauffeursrestaurant met een loensende serveerster en snel wifi. Helaas geen eendenborstfilet met sinaasappelsaus, maar wel kipfilet in mosterdroomsaus en cordon bleu.

Camping aan snelstromende rivier

Iets voorbij Garda de Sus vinden we een prima camping, achter Pensiunea Dig’s is een groot en leeg veld aan de snelstromende rivier. Het toegangsweggetje is steil doch kort, de eigenaar is aardig. We mogen een douche en een wc binnen gebruiken, hij wijst ze aan. Eén nacht kost zeven euro, elektrisch is er wel, maar doet het momenteel niet.

We hebben vandaag gemiddeld 40 km per uur gereden en hebben slechts drie dode beesten langs de kant van de weg gezien.

5 oktober
De camping was prettig en stil, de douche moeilijk in te stellen qua temperatuur en een waterballet vanwege een verkeerd opgehangen douchegordijntje.

De ijsgrot van Scărişoara

We rijden naar de ijsgrot van Scărişoara, het staat goed aangegeven. Het is tien minuten omhoog wandelen naar een huisje waar we de toegangsprijs van elf lei p.p. betalen. We mogen zonder gids naar beneden, waar een kort rondje is uitgezet op houten loopbruggen boven het ijs.

Er is wat summiere verlichting op de hoogtepunten: ijsstalagmieten en bijzondere vormen in het ijs. Maar het leukst is de klauterpartij over scheve trappetjes het donkere hol in.

De Tauz karstbron

We rijden ook nog even naar de Tauz karstbron, de 4,5 km die staat aangegeven is 6 km, het is iets voorbij het pension met dezelfde naam en de laatste 2,5 km is niet geasfalteerd. We klauteren hier over een smal paadje, met twee primitieve bruggetjes. Over een omgevallen en glibberige boom is een nieuw pad ontstaan.

En dan zien we de karstbron met daarboven een loodrecht oprijzende rotswand, waarvandaan af en toe een herfstblaadje, takje of steentje naar beneden komt.

Zo, dit is het laatste, we klauteren terug en gaan aan de thuisreis beginnen. Maar eerst nog even de specialiteit van het huis in een leuke zoldersfeer in een restaurant in Garda de Sus, proeven.

Om 15.00 beginnen we dan aan de thuisreis, veel wegwerkzaamheden. Bij de Hongaarse grens staat een wachtrij van 2,5 km aan vrachtwagens. Roemenië uit is snel, Hongarije in ook, maar ondanks Shengen wil men toch even in het busje kijken.

Thermaalcamping te Bogács

Via Debrecen naar de snelweg en om 20.05 komen we aan op een camping te Bogács met een thermaalbad, maar de receptie is net 5 minuten gesloten. We overnachten op de parkeerplaats, waar we dan wel weer een mooie vos zien!

6 oktober
Om 9.00 gaan we het bad in en Ton krijgt voor het eerst van zijn leven pensionadokorting! We liggen een uurtje zalig te weken in het heilzame en warme bad.

We kopen nog wat goedkope etenswaar voor onderweg bij de plaatselijke Coöp en om 11.00 begint dan toch echt de thuisreis. Het is nog ongeveer 1500 km.
Dwars door Boedapest is het eerste vertraginkje, een uur file bij Brno het tweede (een ongeluk met vier luxe wagens), betonblokken, regen, wegwerkzaamheden, het schiet niet op. En dan slapen we een paar uur vlak voor Praag tussen de ronkende vrachtwagens.

7 oktober
We eten hier soep met een broodje als ontbijt, rijden om Praag heen en ontdekken dan dat de route bij Usti nad Labem nu helemaal snelweg is! Dresden, Magdeburg, Hannover, het gaat lekker snel nu…

Weer thuis

Een volle agenda en werkweek wachten mij weer, Ton niet!

De reisbestemming Moldavië met een interessante heenreis door Polen en een relaxte terugreis door Roemenië was geweldig! We genoten van bijzondere bezienswaardigheden, heerlijke vrijkampeerplekken en mooie ontmoetingen. We hebben heel wat reiservaring in Oost-Europa en hebben nooit iets van corruptie gemerkt. Dus het gedrag van de politie in Oekraïne en Moldavië was voor ons een enorme domper.

Dit vind je misschien ook leuk

Schrijf een reactie