Groot, groter, grootst
Chris: Bij de Roemeens / Moldavische grens vraagt een Roemeense douanier ons om het busje even open te maken. Hij roept spontaan: “Ohh, super!”, hij vindt onze “hotelkamer op wielen” fantastisch!
Misschien slechts 20 kilometer na de grens zien we een prima overnachtingsplek bij een pompeus standbeeld, boven op een heuvel, zodat we 360° uitzicht hebben.
24 september
Vanaf de asfaltweg zijn we onzichtbaar, vanaf een zandpad de velden in niet. En daar was het gisteravond best druk ivm met de oogsttijd. Nu alleen een paar herders met een flinke hoeveelheid schapen. We verschonen het bed.
In het eerste dorp kunnen we pinnen en een supermarkt bezoeken. De lage heuvels zijn hier kaal met grote velden, o.a. mais. In de dorpjes veel paard- en wagens, zelfs meer dan in Moldavië. Het dorp Matca heeft veel plastic kassen en langs de doorgaande weg veel handel, het is druk. In Tecuci zelfs file rijden (op zondag). Restaurants zien we hier niet. Verderop is een camping maar in het bijbehorende restaurant is momenteel niets te eten, zegt de eigenaar. Verderop een “subway”, nou vooruit, dan daar maar.
De weg is hier idioot gevaarlijk: heel druk en het verkeer raast voort met vier auto’s naast elkaar op twee banen. Je wordt geacht de vluchtstrook ook te gebruiken, maar die is best smal, zweethanden dus.
De moddervulkanen
Dan volgen we kleinere wegen naar de moddervulkanen van Noroioşi. We vinden daar een aardige en goedkope camping. Helaas is de zon die uitbundig scheen, verdwenen en het regent zelfs een beetje.
Als de regen stopt, bekijken we de moddervulkanen, een niet al te moeilijk pad omhoog met wat trappetjes. We vergeten geld mee te nemen, maar een paar Roemeense toeristen bieden hulp.
Heel bijzonder om een keer zoiets te zien! Terug op de camping zoeken we het eenvoudige toilethuisje en eten in het barbecue-restaurantje, niks bijzonders, wel vriendelijke mensen. We hebben contact met onze Duitse buren, die ook hulp boden, toen de Roemenen niet terugbetaald wilden worden…
Gelukkig kunnen we nog heel even in de zon zitten, maar het wordt snel koud als die ondergaat, dus we gaan binnen genieten van de snelle wifi. We horen nog een busje komen ’s avonds, hij parkeert op 1 meter afstand van ons.
25 september
Het is ongeveer 10°C, maar de zon verwarmt alles weer snel. Gisteravond laat is er ook nog een groepje Polen met twee tentjes gearriveerd. Een campingkat probeert in alle auto’s te kruipen. Om 11 uur zeggen we de perfect Engels sprekende eigenaar gedag en vertellen hem dat de warme douche geweldig was!
We rijden nog even verder, maar de weg stopt bij een ander moddervulkanenveld, daar zijn ook wat pensionnetjes. Een volle touringcar arriveert.
Camping in Boekarest
Dan dezelfde weg terug naar Buzau en dan via weer zo’n supergevaarlijke weg naar de hoofdstad Boekarest, waar we de enige camping gemakkelijk vinden. We boeken voor twee nachten. Het is kamperen op asfalt tussen de vakantiehuisjes in, het sanitair ziet er goed uit en de wifi is snel en gratis! Het restaurant is dicht, maar de receptionist vertelt ons dat er ongeveer 1 kilometer naar het oosten een goed restaurant zit.
We lopen er heen over een pad van losse stoeptegels, het heet Studio 80. Een dame brengt ons naar een tuin en daar krijgen we elk een iPad om iets uit het Mediterrane of Oosterse menu te kiezen, geweldig! Ik kies zalm terriyaki en salade met sinaasappeldressing geserveerd met focaccia in knapperig warme punten, Ton neemt eendenborst met ganzenlever op een bedje van zoete wortelpuree. Carlsberg bier van de tap erbij.
26 september
Vandaag gaan we Boekarest in, we willen in ieder geval het megalomane paleis van Ceauşescu, die van 1965 – 1989 aan de macht was, bekijken.
Fietsen in Boekarest
We hadden van de campingman al begrepen dat fietsen vanaf de camping ietwat gevaarlijk is en dat idee hadden we zelf ook al. We rijden dus met het busje richting centrum tot we een mooi fietspad zien. Daar parkeren we in een zijstraat en we pakken de fietsen, nu is het nog maar een paar kilometer naar het centrum en de fietspaden worden alleen maar beter:
Al gauw fietsen we langs een triomfboog op een groot verkeersplein.
Het museum van componist George Enescu heeft een opvallende ingang. We zien vaak kleine kerkjes, soms wat verstopt:
In een koffietent vragen we de weg naar het paleis van Ceauşescu. “Oh, that stupid building of that stupid man!” We krijgen een halve uitleg en dan verderop nog maar weer even vragen.
het “paleis van het volk”
Het heet officieel Parlementspaleis en wordt door de Roemenen zelf vaak het “paleis van het volk” genoemd. Ondertussen fietsen we meestal over de stoep, maar niemand, zelfs de politie niet, doet hier moeilijk over. We zien een fotoreportage van gebouwen vroeger en nu.
We zien een mooi beeld van Romulus en Remus, die drinken bij een wolvin. Waarom hier in Boekarest, dat hoort toch in Rome? Het blijkt in 1906 door Italië geschonken, om de Latijnse oorsprong van Roemenië te eren.
We vragen nog eens naar het paleis, aan een jong meisje, ze praat goed Engels, maar heeft geen idee welk paleis we bedoelen.
Dan een oudere man: “ja, hoor, dat is hier om de hoek!” Ik heb plots enorme darmkrampen (het water dat bij de koffie werd geserveerd, kwam dus toch niet uit een fles) en loop een restaurant binnen. We moeten een soepje nuttigen, want het toilet is alleen voor klanten, geen centje fooi dus!
het megalomane paleis
Nadat mijn darmen weer rustig zijn geworden fietsen we een rondje om het enorme paleis. Tip: loop/fiets tegen de wijzers van de klok in als je aan de voorkant van het paleis staat. Er staan nergens bordjes en eromheen is echt een heel eind lopen!
Ton: We boeken een rondleiding om 14.00. Een jonge man met een heldere stem spreekt goed Engels en blijkt onze gids, de groep bestaat uit zo’n 40 mensen. Eerst moeten we onze paspoorten inleveren en worden we net als op een luchthaven gecontroleerd.
De gids is zeer duidelijk over de stupiditeit van Nicolae Ceauşescu en zijn vrouw Elena. Alles in het paleis is groot, groter, grootst! We zien gangen, waar onze hele straat in kan, ruimtes die als kamer van Nicolae en Elena gebruikt moesten gaan worden (ze hebben uiteindelijk nooit in dit paleis gewoond), ontvangsthallen, balzalen, niet te filmen zo groot.
Klik hier voor een virtuele tour door het paleis. Beter dan deze foto van ons:
Je mag binnen wel met je telefoon foto’s maken, maar niet met een camera, dat kost extra. Dit gebouw is op het Pentagon en mogelijk het Tibetaanse Potalapaleis na, het grootste gebouw ter wereld en zichtbaar vanaf de maan.
Zijderupsjes
De bouw is na een aardbeving begonnen, 14.000 inwoners werden hun (kapotte) huizen uitgezet, velen pleegden hierna zelfmoord. Alles moest uit Roemenië zelf komen: het marmer, de tapijten, ja, zelfs de enorme gordijnen van zijde! Hiervoor werden zijderupsen uit China geïmporteerd en moest elk schoolkind een rupsje verzorgen! Eén van de Roemeense gasten beaamt dit verhaal!
Er worden veel getallen genoemd: 70 architecten bouwden 13 jaar lang. Totale kosten 3 biljard dollar, kortom: totale grootheidswaanzin! De bevolking leed armoede, werd afgeluisterd en de dictator leefde in weelde. Er zijn zestien verdiepingen, waarvan tien ondergronds met o.a. schuilkelders. Het wordt nu gebruikt voor congressen, vergaderingen, optredens etc. Dan staan we op het balkon en kijken uit over een replica van de Champs Elysees:
Hier stond eens Michael Jackson na een concert de stad Boedapest te bedanken, terwijl hij dus in Boekarest was! Al met al lopen we ongeveer een kilometer door het paleis en zien ongeveer 4% van het hele gebouw.
Chris: Na dit indrukwekkende bezoek, springen we weer op onze fietsen en vinden in een leuk straatje in het centrum een pizzeria. Op de terugweg zien we nog het balkon waar Nicolau Ceauşescu in 1989 zijn beroemde laatste toespraak hield. Het gedrilde volk juicht eerst, maar dan slaat de stemming om. Een paar dagen later werd hij, samen met zijn vrouw Elena, geëxecuteerd op een militaire basis.
Op het Revolutieplein tegenover het gebouw van de toespraak, staat een vreemd en verwaarloosd monument ter nagedachtenis aan de mensen die omkwamen tijdens de Roemeense revolutie. We zijn pas laat terug op de camping.
Het prachtige klooster Cotmeana
27 september
We vertrekken ook laat van de camping, want het lijkt een rustig dagje te worden: even 100 km over de snelweg rijden, dan een kloostertje bezoeken en dan een mooi plekje voor de nacht vinden. Meteen op de rondweg om Boekarst al files en na het snelle stuk snelweg, nog een drukke weg met veel vrachtwagens.
In de buurt van Cotmeana, zoeken we naar het kloostertje, maar de weg wordt onverhard. We keren terug, zien een ossenkar rijden en doen boodschappen in een “magazin mixt”. Een heel stuk terug, vinden we toch nog het klooster.
Een “papa” komt in het Frans een praatje met ons maken. Hoe we heten, hoe oud we zijn en hoeveel kinderen we hebben. De kerk is prachtig zowel van buiten als van binnen.
De kerkvader wijst ons ook nog op een tweede “eglise” op de binnenplaats en deze is uit de 14e eeuw en nog steeds prachtig!
Verderop eten we een simpel maal tussen de vrachtwagenchauffeurs, we zitten bij een haarspeld, dus we zien alle vrachtwagens twee keer. Een zwervend vrouwtje met een grote mond, loopt te bedelen.
Pas op!
In Râmnicu Vâlcea zoeken we een pinapparaat, dat lukt, maar plots rijden we richting een tunnel onder een spoorweg door. Ton schrikt zich het apezuur, want de tunnel is 1.95 meter hoog, en wij zijn 2.00 meter hoog! Dus terug, en ik ben heel blij dat hij het op tijd zag!
We willen overnachten in een kloof bij een mooie waterval (Lotrisar), maar aan het begin van de kloof staat een man die potten honing verkoopt, hij vertelt ons dat de waterval alleen te voet bereikbaar is. Jammer, maar in de buurt vinden we een andere prima plek in het bos langs een bemost beekje. Het is al laat. We lezen nog lang met de zaklampjes aan.
Lees verder op pagina 8.