Wales zomer 2011

door Chris

Boerencamping en vrij kamperen

Goed, op zoek naar koud bier dus, in een dorpswinkel trekt Ton een koeling open en er komt toch een schimmelmeur uit! De blikjes bier zijn helemaal bruin aan de bovenkant. Bèh, wegwezen hier! In een volgend dorpje bij een vrouw in een kleine supermarkt, er is geen bier want ze heeft daarvoor geen vergunning, met de gebruikelijke excuses erbij. Maar in Aberdaron is een Spar! Aldaar zegt men dat we aan de overkant van de brug moeten zijn??? Via een smalle steile weg rijden we het dorp alweer uit! Nou, dan maar geen koud bier.

Een rustige camping in de zon dan? Het stikt hier op dit Welshe schiereiland Lleyn van de minicampings dus gewoon de eerste, we volgen een bordje naar rechts en dat blijkt een rustige boerencamping! Behalve tien honden aan de ketting en een oude boer is er zelfs niemand! Zelfs geen andere campinggasten!

De boer vraagt of we het al gehoord hebben van de gevechten in Londen? Hùh? Hij laat ons de t.v. in de woonkamer zien: verwarrend “breaking news” en een blonde burgemeester loopt met een bezem door de straten. Een jonge vader is doodgeschoten en nu beginnen ze ook al auto’s in brand te steken en te plunderen in andere grote steden. Volgens de campingbaas gaan alle politie-agenten daarheen.

We betalen alvast £10 en een “membership” is echt niet nodig. De w.c. is piepklein en de douche bevindt zich in een oude stacaravan. Stroom kunnen we gewoon pakken. En dat is alles wat er is. Prima, van dit soort campings houden we.

De zon is al gauw te heet, de schaduw net te koud, dus we verplaatsen regelmatig een stoeltje. Lekker nonogrammen op de iPad en verhalen bijschrijven.
’s Avonds wandelen we nog richting zee en heuvels.

De lerares van Aberdaron

10 augustus
De wind giert in vlagen om ons busje. Als we twee deuren tegelijk open zetten waait er van alles naar buiten. Het douchen slaan we maar over en om 10 uur rijden we alweer. Eerst terug naar Aberdaron:

Want we willen de punt van het schiereiland op: een smalle asfaltweg kronkelt omhoog tussen gele en paarse bloemenvelden.

We lopen een klein stukje en moeten naar elkaar schreeuwen vanwege de harde wind.
Dan bekijken we Abardaron, als we een foto maken van boven, ziet Ton een oude dame met een tas moeizaam de heuvel oplopen tegen de wind in. We vragen of ze een lift wil en brengen haar naar een camping boven op de heuvel waar ze zal gaan scrabbelen met haar kleinkinderen. Ze is lerares geweest en heeft een verklaring voor het geweld van de laatste dagen: dat is al in 1947 begonnen door de slechte opvoeding van de jeugd!

We bekijken het kleine dorp, prachtig aan zee bij de monding van een riviertje gelegen. We vallen nog samen met een windvlaag de kerk binnen en iedereen kijkt verschrikt achterom. Bij de bakker aan de bovenkant van het dorp kopen we weer wat aparte dingen.

Via de zuidkust van het schiereiland rijden we verder, in Pwilheli staan we een half uur in de file, ondertussen is het gaan regenen. Voorbij Porthmadog is een tollbrug, het kost slechts 50p. Een jongen die spelletjes doet op zijn telefoon krijgt na vijf minuten een seintje en draait een bord om:

Mos, kou en regen

Niet ver daarna stoppen we om het sliertje auto’s voorbij te laten (dat heb je nu eenmaal als je toeristisch rijdt) en het blijkt dat we voor een restaurant staan. We stappen het saai uitziende hotel/restaurant binnen en nemen een matige lauwwarme chocolademelk. Misschien kunnen we hier ook meteen warm eten?
Het wordt: verrukkelijke zalm in sinaasappel/gember/honingsaus en voor Ton nacho’s met chili, kaas, creme fraiche en pepertjes. Als toetje chocoladetaart, de kletsgrage ober noemt het cheesecake.

Bij Llanbedr gaan we het binnenland in, een hele mooie route naar het Bychan meer, langs bemoste stenen/boomstammen/muurtjes, langs een riviertje met diverse oude bruggetjes, watervalletjes.

Op de hoogvlakte een hek dat je open en dicht moet doen voor (of tegen) het vee. Dan het meer, je kan hier mooi overnachten voor £5, helaas nu een koude wind dus wij doen dat niet.

De boer komt net de geldbus legen en hij rijdt achter ons aan terug richting kust. Vlak voor de zee slaan we linksaf, de camping hier is erg druk, dus we rijden hier bovenlangs en er volgt weer een schitterende route, die ook doodloopt, maar er is nog een andere afslag richting kust. Hier zijn weer vele hekken en aangezien ik rij…

Bij de kust proberen we een paar campings maar van de verregende grasveldjes met caravans in een rondje worden we nooit vrolijk, dus het binnenland weer in. Op een smalle bosweg rijden we een onverhard bospad in maar na 100 meter is er een hek, wel open maar met een hangslot aan de paal, nee, daar beginnen we niet meer aan! Iets verder op een ruim kruispunt staan we niemand in de weg, heerlijk weer eens “vrij kamperen” al regent het pijpenstelen.

De bekende rode telefooncel

11 augustus
Om 8 uur rijden we alweer. Alweer een prachtig route (een “witte” weg naar Llanuwchllyn) met een door de vele regen nu woest stromende rivier. Het busje met kano’s dat voorbij kwam vanmorgen staat hier leeg zonder kano’s. Zo, die durven!

Op de hoogvlakte komen we in de wolken en er zijn weer enkele vee-hekken. Eén keer komt er een vrachtauto van de andere kant en moeten we een behoorlijk stuk achteruit rijden. We eten een boterhammetje op een mooie plek.

Dan naar lake Vyrnwy, we rijden aan de noordkant van dit meer en hier is veel bos, we zien dus niet zoveel van het meer. De rest van de route is een beetje veel van hetzelfde (o.a. Nant-y-moch Reservoir) en bij het toeristische (meteen hondenkak aan onze schoenen) Devil’s Bridge eten we een aardappel in z’n jasje met kaas/curry.

Strata Florida Abbey is net gesloten.

We willen een plekje bij een meertje zoeken om te overnachten, maar de weg is verboden voor auto’s. Op een parkeerplaats in een bos aan de weg zijn veel muggen dus de deuren dicht. Maar het is bloedheet binnen. Twee auto’s komen voorbij, ze bekijken ons net even te lang. Ineens voelt het niet meer goed. We gaan op zoek naar een camping zodat we buiten kunnen zitten!

En de beruchte midges

Er zijn hier natuurlijk net geen campings, op een andere parkeerplaats die 500 meter van de weg af ligt genieten we van het uitzicht. Op deze parkeerplaats staat ook een busje met een lezende vrouw erin, we groeten vriendelijk. Er komt een hollend meisje aan in de verte, oh, dan wacht die moeder dus op haar trainende dochter en dan gaan ze zo weg. Dit is een prachtige overnachtingsplek! Ton veegt wat roos van mijn trui, althans dat denkt hij, we blijken onder de midges te zitten, en ze prikken met felle steekjes. In het busje dan maar weer.

Het andere busje gaat niet weg, het blijken Fransen. Als wij achterin gaan zitten doen zij dat ook en als wij ’s nachts moeten plassen horen we even later hun deuren ook. Het stikt nog steeds van de midges dus dat plassen moet wel snel.

12 augustus
Voor het eerst hebben we dus de nacht doorgebracht met gelijkgestemden en we hebben niet meer contact dan vriendelijk zwaaien. We leren dat midges ook ’s ochtends vroeg actief zijn en vertrekken. Op een hoogvlakte tussen de mistflarden en de schapen zijn geen midges en poetsen we onze tanden. Even later zien we de meest eenzaam gelegen telefooncel van Wales.

We bellen met mijn broer die met zijn vrouw op een camping in Brecon staat, we willen de laatste dagen samen doorbrengen. Niet met bovenstaande telefoon hoor! We zetten koffie op een mooie plek waar vier mountainbikers de steile berg op lopen. Via Llyn Brianne naar Llandovery waar we ontbijten met broodjes ham, quiche en salades. Lees maar verder op pagina 5.

Dit vind je misschien ook leuk

Schrijf een reactie