Home Reisverhalen Turkije voorjaar 2010

Turkije voorjaar 2010

door Chris
minicamping Selene aan het Bafa meer

We willen graag eens met ons busje naar Turkije en hebben daarvoor iets langer vrij genomen dan gebruikelijk. Lees hier ons verhaal.

We rijden vlot naar de Middellandse Zee in Griekenland waar we een langverwachte frisse duik nemen en dan langzaam via de kust naar de veerboot die ons en ons 4WD-busje van Gallipolli naar Azië brengt. We komen bij het Bafa-meer terecht en blijven daar een dag extra omdat het er zo mooi is. Ook in Kaş aan de Turquoise Kust blijven we wat langer. Bij Antalya de bergen in, eerst het Selgedal en dan naar Ihlara en Cappadocië. Via de snelweg tussen Ankara en Istanbul heel rustig weer naar huis. Deze reis duurde 38 dagen en we hebben net iets meer dan 10.000 km gereden.

Dwars door Europa naar Turkije

7 april
Chris: We vertrekken om 19.40 vanuit Friesland met nog licht pijnlijke plekken op de armen van de benodigde vaccinaties. Na 400 kilometer rijden we fout bij een afslag voorbij Braunschweig maar komen toch terecht bij een plek die we “Pipo en Mammaloe” noemen omdat er twee oude woonwagens staan. Na een snel borreltje lekker slapen, heerlijk, we zijn weer op reis!

8 april
Om 7 uur is het 10°C in het busje, kleren aan en naar buiten: koffie zetten. Mooi uitzicht over de nevelige velden, wat een rust ondanks een paar overvliegende krijsende ganzen.

Een uurtje later rijden we door Duitse dorpjes (helaas zonder bakkertjes) naar de snelweg.

Om 12 uur zijn we bij de Tsjechische grens (vignet 250 CKZ/9 euro voor minimaal 7 dagen) waar nog een stuk snelweg ontbreekt vanaf Usti nad Labem naar Teplice. Hier eten we in een chauffeursrestaurant “Motorest” terwijl we stinkende sigarettenrook inademen en we beseffen wat wij vroeger anderen aandeden. Er wordt behalve de kaart ook lamsvlees aangeboden en dat is toch lekker! Met heerlijke nieuwe aardappelen, we smullen en schrokken zelfs.

Dan in een file met veel vrachtwagens de snelweg op, bij Praag weer file en we rijden ook nog eens fout. Eerst maar eens een dutje aan een doodlopend weggetje bij een afslag ten zuiden van Praag. Halverwege worden we wakker van geklop en we kijken een tijdje naar een bruine specht met een rode staart die er lustig op los timmert. We hebben het busje namelijk open vanwege de zon.

Vignetten kopen

’s Avonds is het verkeer veel rustiger, de weg is hier gemaakt van betonblokken, kedeng, kedeng. Bij Slowakije een vignet (4,90 euro voor minimaal 7 dagen) en een goede weg. In Hongarije betalen we het vignet (4,30 euro voor minimaal 4 dagen) ook nog met euro’s al is de officiële munt de forint. Vlak over de grens bij Hegyeshalom zoeken we een plek voor de nacht, hierbij verblinden we nogal wat hazen.

9 april
Om 6 uur wakker en eerst maar eens een uurtje hazen, fazanten en reetjes bewonderen en proberen te fotograferen.

Om 8.30 weer op pad, ontbijt aan de snelweg (euro’s geen probleem), rondweg om Boedapest, Hongarije is saai en snel.
We passeren de Servische grens en eten pizza’s in een dorp aan een meer. Tot Novi Sad is er geen snelweg, dan een stuk snelweg met wegwerkzaamheden en een grote brug over de Donau, we naderen Belgrado.

Ongeveer 60 km ten zuiden van deze stad vinden we een meertje met wat vissers, we hebben geen zin meer om te rijden en trekken een blikje bier open in de ondergaande zon. ’s Avonds komt er een man in een auto naar ons toe over het zandpad om het meer heen, geeft ons een hand en vertrekt weer. Kennelijk de boswachter en we zijn goedgekeurd? We gaan vroeg slapen.

10 april
De soms bijna verlaten Servische snelweg (tol: ongeveer 3 euro per 100 km) gaat bij Leskovac over in een tweebaansweg door een kloof, we rijden achter een redelijk snel rijdende vrachtwagen, dit lijkt ons veiliger i.v.m. de vele inhaalacties. Ton schrikt zich dood als we een onverlichte tunnel inrijden: hij heeft z’n nieuwe zonnebril op en alles is plots zwart. Gelukkig zit hij niet achter het stuur en ik zie nog net de lichtjes van de vrachtwagen.

Tussen de vissers

In Vranje eten we kalfsmedaillons met champignons en pittige Serpska salade.
De grens naar Macedonië is om de een of andere reden erg druk, de meeste mensen duwen hun auto steeds een stukje vooruit, wij doen de handrem los en na een tijdje gaat ons busje vanzelf rijden.

Ruim een half uur later zijn we er door, Macedonië gaat verder vlot, er staan (heel fijn) geen bedelende zigeunervrouwen meer bij de tolpoortjes (tol Macedonië: 3 keer 50 MKD/ongeveer €0,80) en vlak voor de Griekse grens houden we het voor gezien en rijden naar een stuwmeer bij Bogdanci. Hier waren we twee jaar geleden ook een nachtje en het meer is veel groter en ook hoger geworden. We vinden een plekje tussen een visser alleen en een groepje vissers met muziek. Ton pakt ook zijn hengel en verspeelt een dobber.

In de verte bergen met sneeuw. Chris begint aan haar eerste boek. ’s Avonds eten we brood met vis, nee…. gewoon uit een blikje.

11 april
In Bogdanci kost een joekel van een brood omgerekend 25 eurocent en we gooien ook goedkoop de tank nog even vol. Bij de Griekse grens moeten we kiezen uit 9 poortjes, er staat niets aangegeven en er is niemand te zien, als we uiteindelijk helemaal links een loketje vinden waar iemand achter zit, staan daar ondertussen alweer zes auto’s, heel flauw…
Al snel gaan we bij Thessaloniki de Via Egnatia op, je mag hier 130 km/uur rijden en je hoeft geen tol te betalen. Bij Peramos weten we een kaapje met rustige strandjes.

Frisse duik in zee

Ton: We herkennen wat plekjes van 6 jaar geleden en gaan naar een strandje waar we nog niet eerder zijn geweest. Verderop is een visser, verder is het strand leeg. We pakken stoeltjes e.d., kleden ons om en gaan stoer naar het strand.

De zon is lekker warm. Dan gaat het gebeuren: onze eerste duik in de koude zee. Heerlijk opfrissen. Het duurt maar even want het water is erg koud. Dan nog een tijdje in de zon zitten.

We gaan eten in Peramos langs de boulevard, we worden welkom geheten door de baas, handje-schudden. Ton stoot zijn kop tegen een laaghangende lamp. We eten souvlaki en moussaka en we krijgen nog iets extra’s erbij met paprika’s en pepertjes. Na het eten krijgen we een cd, maar er staat geen muziek op, misschien een dvd maar we mikken het in de eerste de beste afvalcontainer.

Terug op het schiereiland zoeken we een mooie plek voor de nacht:

12 april
Chris: Vandaag echt vakantie: na de boodschapjes gaan we wandelen langs de Nestosrivier. In het dorp Toxotes (15 km ten westen van Xanthi) vinden we al gauw de parkeerplaats aan het begin van de wandeling. We eten een broodje en vertrekken, de wandeling is wel mooi maar een beetje veel van hetzelfde dus we gaan vrij snel alweer terug.

Op de parkeerplaats wassen we nog wat kopjes af en tappen we water bij.
Dan naar de volgende bezienswaardigheid bij afslag Iasmos: een Byzantijnse brug over de Kompsatos rivier. Het laatste stuk moet te voet worden afgelegd, maar het is niet ver.

Het is bloedheet als we weer terug lopen, laten we een plek bij de zee gaan zoeken! Nog een stuk snelweg en dan via een aantal bergdorpen wijst een oude boerin ons de weg naar Petrota, ongeveer 3 km onverhard.

Pyamavrouwtje

Maar bij het strand is het plots winderig en koud. We besluiten de beschutting van de mooie camping in Alexandroupouli op te zoeken.

Ton: We eten in Makri, druk, rokerig, niet leuk.

Chris: Op drie campers na is de camping leeg. Toch lopen er de hele middag en avond joggers rond. Verder vermaakt Ton zich door een campervrouwtje met een lichtblauw pakje te observeren als ze voortgetrokken wordt door haar drie honden. Jasses, wat zal het stinken in hun camper. Dan komt er een pitbull aan ons snuffelen, bij de campingpoort waren we ook al aangevallen door een soort poedel, wat moeten al die mensen toch met die beesten?

Ton: We gaan heerlijk douchen, Chris met half om half warm/koud water, Ton met warm water. Het pyamavrouwtje wordt naar links getrokken door haar honden. We nemen een biertje. Het pyamavrouwtje wordt naar rechts getrokken. Dezelfde joggers komen keer op keer langs. Het pyamavrouwtje…. Ongeveer half tien duiken we in bed.

13 april
Chris is om 7.30 wakker en vindt een zonniger plek langs de zee, ze rijdt met Ton nog in bed er naar toe. We drinken koffie, eten, koken eieren eerst te kort, daarna nog even, gaan weer heerlijk douchen, Chris weer gedeeltelijk koud, vullen en laden alles bij en dan op naar Turkije.
In Alexandroupouli doen we nog wat boodschappen en dan vinden we snel de snelweg. De Turkse grens al is na 40 km. Lees maar verder op pagina 2.

Dit vind je misschien ook leuk

Schrijf een reactie