Home Reisverhalen Turkije voorjaar 2010

Turkije voorjaar 2010

door Chris
minicamping Selene aan het Bafa meer

Het Europese deel van Turkije

Ton: Na drie soldatenposten volgt de eerste pascontrole. We rijden over enge pennen die met de banden meebuigen, twee mannen staan er lachend bij. Dan politiecontrole: “eerst visa halen!”. Chris haalt visa in een groot gebouw, terug naar de politie: stempel. Dan custom controle, veel gedoe over wie de eigenaar is van de auto. Stempel en naar volgende loket. Beambte bekijkt inhoud busje: stempel. Zo, dat ging snel. En dan nog 1 keer eindcontrole en dan zijn we in ongeveer een half uur al over de grens.

Chris: In Keşan pinnen we Turkse lira’s. Ik heb een korte broek aan en kijk eerst hoe andere vrouwen hier gekleed gaan, allemaal een hoofddoek en bedekte benen, dus eerst de lange broek maar weer aan. In toeristische stadjes valt het wel mee natuurlijk, maar hier loopt men voorlopig nog met winterjassen en mutsen.

Langs een uitgestrekte kazerne met tanks, groepen militairen die instructie krijgen en stormbanen door een paar dorpjes richting zee. We zien een bordje: restaurant en “kamping”, het is een mooie plek bij een riviertje en grote bomen. De eigenaar wenkt ons al, eerst even terug om de bocht te kunnen halen. We worden hartelijk welkom geheten en we vragen of dit een restaurant is. Jazeker en er volgt een heel verhaal. We denken dat dat het eten is dat ze voor ons gaan klaarmaken en gaan zitten met een fanta.

We horen geluiden uit de keuken komen, de vrouw die door de eigenaar naar binnen was gestuurd staat ons eten te bereiden. Na een tijdje zien we door een raampje dat ze staat schoon te maken.

Krijgen we nu wel of geen eten?

Misschien toch maar even naar een menu vragen. Hij komt bij ons aan tafel zitten, ze hebben gehakt, kip en yoghurt en nog een paar dingen. We kiezen de kip en vragen er salade en pommes frites bij. Dat laatste moet hij eerst aan zijn vrouw vragen, ja, is goed! Hij vertrekt in zijn auto naar het volgende dorp en komt terug met brood en een hoop andere spullen. Hij legt het grote gesneden brood inclusief verpakking op een bord en brengt het ons met bestek.

We vinden het wel komisch. Even later volgt de salade met veel pittige uien. Twee boertjes op tractoren komen ook even wat drinken. Ze zijn allemaal erg klein en zullen ons wel reuzen vinden. Als de salade op is komt de patat met ketchup, is ook snel op. Dan de kip met nog wat gegrilde groente, past er ook nog precies in. Ze zullen ons wel schrokkerige reuzen vinden. We willen betalen, maar nee, eerst Turkse koffie en een mooie folder van deze plek, je kan beneden bij het riviertje ook eventueel je tent opzetten.

In het dorp Mecidiye rijden we een onverhard pad op van vier kilometer en komen op een mooi en verlaten strand, de rotswand geeft iets beschutting tegen de wind. We bekijken eerst de resten van een oud kasteel en enkele kleine strandjes aan de voet van de rotsen.

Dan gaan we zitten met nog een Grieks Mythosbiertje en bekijken een kudde geiten met zes honden en een herder. De herder moet een klein geitje redden die in het water gevallen is. De honden drijven hem weer de goede kant op. Verderop gaan ze de rivier over en ze komen onze kant op.

We verleggen de rivier

De herder vertelt dat op een naburig strand een echtpaar uit Nederland staat met motoren met dikke banden. En het kasteel is met dynamiet kapot gemaakt omdat restauratie te duur was. Tenminste dat maken wij ervan. Het leuke is trouwens dat we deze herder een kleine maand later weer zullen ontmoeten.

Om 19.40 Turkse tijd (dus 1 uur later) gaat de zon onder en het wordt meteen koud.

Ton: We kruipen al snel in het busje en gaan om ongeveer 21.30 slapen.

14 april
We gaan naar het meanderende riviertje en “helpen” het een stukje korter te worden door een doorbraak te maken bij een smal deel van een lus.

Als dat na veel graafwerk lukt, doet de natuur de rest. Het stroompje wordt steeds breder, de kanten vallen in brokken in het water en spoelen weg. We genieten nog een tijdje van dit schouwspel. Over deze heerlijke vrijkampeerplek heb ik nog een apart stukje geschreven met nog wat foto’s.

Via het dorp en afgravingen (alles is wit, zelfs de bosjes, wat een stof!) rijden we naar het volgende strand. We wandelen over de rotsen naar weer een volgend strand, hier liggen wat vissersboten. Het is koud. We lopen naar een meertje op zoek naar waterschildpadjes, we zien niets, alleen mooie bloemetjes.

Het bos achter het tiende strandje

Chris: We rijden naar het haventje van Ibrice, het restaurant hier is gesloten. Een stukje terug zagen we een ander restaurant. Daar zitten we nu in een soort huiskamer met oma, een dochter, een hond, een puppy en een man achter een laptop die Engels spreekt. De kok gaat steaks voor ons maken. De inrichting is leuk met schelpen en een open haard.

Ton: De dochter knuffelt bijna permanent met de twee honden. De moeder leest voor uit de koran(?) Het eten is redelijk, ze rekenen een bedrag van 58 lira (bijna 30 euro).

We vertrekken en rijden langs veel kleine strandjes op een onverharde weg, de weggetjes naar de strandjes zijn geblokkeerd. We zien een prachtige vogel met een bruine kartelkuif. Bij het tiende strandje (kunnen we ook niet op komen) kiezen we voor het bos er tegenover.

De zon komt aarzelend terug. Van schrik heeft Chris een zonnebril opgezet.

Chris: In het vervolg moeten we toch maar eerst een prijs afspreken voor de maaltijd want dit is echt niet leuk meer. Na een hele koude dag kunnen we nu lekker in de zon zitten op een mooie open plek in het bos met fijne vogelgeluiden en een prachtig strand op loopafstand.
Als het ’s avonds echt te koud wordt luisteren we binnen naar meer dan 50 zenders Turkse muziek, heel mooi, tsjok güzel!

15 april
Ton: Chris staat om 7 uur op en maakt een wandeling door het bos. Na een uur komt ze terug. Ton slaapt uiteraard uit, we eten, poedelen, etc. en vertrekken.

De lepeltjes-opa

We rijden maar en rijden maar over de onverharde weg tot we ergens in een dorp komen en de grote weg vinden naar Eceabat en dan naar Kabatepe. We lopen langs het strand waar een vriendinnenclub aan het picknicken is, er staat een scheve bunker, er ligt olie op het strand en we bezoeken een oorlogsgraf uit 1915. De meeste jonge mannen komen uit Nieuw-Zeeland en Australië, er liggen ook drie Moslim-Indiërs met het hoofd naar Mekka begraven. Lees hier een achtergrondartikel over de strijd op dit schiereiland en de heldhaftige rol van Atatürk.

We lopen terug, de vriendinnenclub is aan het roken en sommigen gaan even dutten op het gras. In Eceabat gaan we eten. In Kilitbahir vinden we na zoeken en vragen het graf van de lepeltjes-opa.

Chris: Ik heb een lepeltje mee om op het graf te zetten voor een speciaal iemand. Er zijn twee legende’s over dit aan de doorgaande weg gelegen graf: hier ligt een heilige die je kind kan helpen als het laat is met praten, het andere verhaal gaat over een man die de hongerige Turkse troepen gedurende de 1e W.O. van een eindeloze hoeveelheid soep voorzag.

Ton: Tegenover het graf is de veerboot naar Azië! Het is een korte vaart. De veerboot van Kilitbahir naar Canakkale kost ons 20 YTL (= ongeveer 10 euro) Lees maar verder op pagina 3.

Dit vind je misschien ook leuk

Schrijf een reactie