Bosnië, het land van heldere rivieren
Chris: In Bagin Most vinden we een leuk restaurant met een stroompje uiterst helder water met eendjes. Gelukkig worden er enorme hoeveelheden brood bij het eten geserveerd. Een moeder met twee zoontjes geniet er ook van. De kalfsmedaillons met champignonsaus en gegrilde groenten smaken ons goed.
Al gauw vinden we de parkeerplaats van de Kravica watervallen, heel mooi uitzicht van boven hierop. (Twee jaar later gaan we hier wel naar beneden en zwemmen!)
Maar het is al 18.30 en we moeten een plekje zoeken. Nou, dat wil niet echt. Ik verken een steil pad richting de Trebižat-rivier eerst te voet, maar het wordt nog steiler en slechter. Een lokale auto komt omhoog, de man moppert: “privat, no camping”, Ton moet achteruit, de banden slippen en stinken, nog eens proberen, ja, er is weer grip en we kunnen naar een keerplek. Jammer, het was daar beneden wel heel erg mooi!
Een andere plek bij een kerkje en spelende kinderen is te saai. Na 10 kilometer slaan we bij een brug rechtsaf en na een halve kilometer: een prachtige verlaten parkeerplaats bij dezelfde rivier als die van de Kravica watervallen waar een zwarte poedel een verlaten terrasje bewaakt, maar hij houdt al gauw op met blaffen. Er zijn vier oude molenstenen aangedreven door waterkracht, het water wordt door vier geultjes geleid.
Ochtendbad
Voor morgenochtend is er een prachtig bad. Op een gegeven moment komt de eigenaar van het terras wat werkzaamheden verrichten, hij vindt het goed als we daar de nacht willen doorbrengen. Als hij in zijn mercedes weer vertrekt, wacht hij even met het ontsteken van de koplampen om ons niet in de ogen te schijnen, hoe attent! Twee jongelui komen een jointje(?) roken bij de rivier en even later maken ze een vuurtje. Als we gaan slapen zijn ze er nog.
Hoogtepunt van de dag: eenden voeren tijdens het eten. Dieptepunt van de dag: steil weggetje achteruit. 260 kilometer gereden
7 september
Ons ochtendritueel op deze mooie plek duurt 5 uur inclusief haren en wenkbrauwen knippen, badderen, ochtenddutje voor Ton en beginnen in een geweldig nieuw boek “Het spel van de engel” van Carlos Ruiz Zafón voor Chris. De poedel jankt zielig, hij of zij lust geen brood, Ton wordt wakker en we willen weer verder.
We rijden snel door Capljina en in een volgend klein dorp vinden we een supermarkt en een restaurant naast elkaar aan een ruime parkeerplaats, kijk, zo willen we het graag! Het is nogal lawaaierig in het restaurant (de weg is vlakbij, schreeuwende mannen op het terras, een boormachine ergens) dus de ober vindt dat de radio aan moet. De platte gehaktbal en de gemengde pizza afrekenen met kuna’s i.p.v. Bosnische Marken vindt men hier heel gewoon.
Bogomielen
Bij Stolac bekijken we een Bogomielen kerkhof, leuke primitieve tekens, maar we hebben sterk de indruk dat de her en der gevonden rotsgraven zijn wit gekalkt en hier op een rijtje zijn neergezet.
Maar goed, het is vlak naast de weg en we verliezen hier geen kostbare vakantietijd mee. In Stolac slaan we voor de brug linksaf en nu volgt een traject met prachtige zwemplekjes. We bekijken een brug met een ingenieus aangelegd water-irrigatie-systeem.
Verderop een groot veld met trappetjes naar de rivier. Prima camperovernachtingsplek, gewoon aan de doorgaande weg. Ik koel mijn voeten en we zien twee zoetwaterkreeftjes, het water is hier zo helder! Verderop nog veel meer plekjes, helaas kun je de auto niet van de weg af aan de rivier zetten. Voorbij een villa met een zwembad staat de rivier ineens droog.
Op de nu volgende pas nemen we de afslag naar rechts, een onverharde bergweg naar Ljubinj. Eerst een paar haarspelden omhoog en na 7 à 8 kilometer vinden we een prima overnachtingsplek. Wat een stilte hier! Zeker vergeleken met het riviergeruis van gisteren. Er komen ongeveer acht koeien voorbij, de achterste heeft een bel.
Een kleine witte auto komt langs op de weg die hier zo’n tien meter vandaan is, één van beide mannen stapt uit en maakt ons met gebaren en geluiden duidelijk dat hier wolven zitten. Wij herhalen braaf die geluiden en gebaren ten teken dat we ze snappen en denken ondertussen: “Dat is spannend!” Ze wijzen nog even waar de weg verder naar toe gaat maar dat weten we natuurlijk al lang van google-earth! Bovendien stond er een bordje “Ljubinj” aan het begin van dit onverharde pad.
Wachten op de wolven
Ik ga wandelen, ik zie mooie dolines met omheiningen van bomen en verder veel koeienpaadjes en blauwe distels. Dan heb ik twee roepjes van Ton nodig om het busje weer te vinden. In de schemering maken we samen nog een wandeling en terug bij het busje gaan we met de rug naar de enige open deur zitten en wachten met de zware zaklamp op schoot op de komst van de wolven…. die nogal lang op zich laten wachten….
Hoogtepunt van de dag: poedelen in een natuurlijk bad. Dieptepunt van de dag: geen wolven, hè jammer!. 58 kilometer gereden
8 september
Om 7 uur wakker, het is bewolkt. Om 9 uur rijden we de resterende 1 km van het onverharde weggetje, op de T-splitsing gaan we naar rechts en dit is na 1 km onlangs mooi geasfalteerd.
We gaan ergens linksaf, wat niet had gemoeten horen we van dakwerkers op een eenzaam huis, dit weggetje is toch steil! Na 20 km asfalt zijn we in Ljubinj, van boven zien we het mooi liggen. We tanken hier voor euro’s, kuna’s willen ze hier niet, hier is men meer pro-Servië, 90% van de inwoners in dit gedeelte van Bosnië is Servisch. Andere klanten spoelen tig keer een plastic tankje om met benzine en alles verdwijnt in het regenputje. Iets verder zien we enkele oorlogsmonumenten en massagraven van de 2e wereldoorlog. Dan nemen we een shortcut die zo leuk is dat we hem twee keer rijden!
Beneden zien we de slangen- en spinnenvallei liggen. Lees maar verder op pagina 3.